Ethische code

In onze praktijk werken we met een Ethische Code in het (samen)werken met hulpvragers (cliënten) en met deelnemers aan Masterclasses en opleidingen.

Algemeen

De Ethische Code OrthoHulp – hierna te noemen Ethische Code – bevat uitgangspunten en richtlijnen, die gehanteerd en gehandhaafd worden door hulpverleners/trainers van OrthoHulp.

  1. We werken vanuit de volgende vijf uitgangspunten:
    • Autonomie
      ieder mens heeft het vermogen het eigen bestaan vorm te geven in relatie tot anderen en zijn omgeving
    • Heelheid
      ieder mens heeft de kwaliteit om te herstellen en zich te ontwikkelen
    • Identiteit
      ieder mens heeft de kwaliteit om zichzelf te zijn in wisselende tijden en omstandigheden
    • Integratie
      ieder mens is in staat zijn persoonlijke groei vorm te geven in het leven van alledag
    • Contextueel
      ieder mens is ingeweven in een netwerk van relaties, in een eigen context, waarin het geven en ontvangen van passende zorg het dynamische kenmerk is. Daarin spelen verticale familiale banden een centrale rol
  2. Iedere hulpverlener/trainer zal een cliënt/deelnemer, die een beroep doet op zijn begeleiding, niet weigeren op basis van ras, huidskleur, overtuiging, religie, handicap, geboorteplaats, sekse, seksuele voorkeur, of op basis van enige andere factor die als oneerlijk of discriminerend kan worden beschouwd. Dit alles gerelateerd aan praktische en professionele mogelijkheden en beperkingen van de hulpverlener/trainer.
  3. Iedere hulpverlener zal zijn kennis en vaardigheden bewust gebruiken ten bate van het herstel en het welzijn van de cliënt en zal in alle aspecten van zijn werk de ecologie* bewaken.
  4. Iedere hulpverlener zal voor het werk relevante informatie opvragen bij de cliënt en verschaffen aan de cliënt.
  5. Iedere hulpverlener verplicht zich, ook na afloop van de werkrelatie met een cliënt, tot het volgende:
    • behouden van de overeengekomen vertrouwelijkheid
    • vermijden van exploitatie van de voormalige relatie, op welke manier dan ook
    • voorzien in vervolgzorg, indien noodzakelijk en/of gewenst
  6. Indien een cliënt niet in staat of niet bereid is autonoom te functioneren en de verantwoordelijkheid te nemen voor zijn aandeel in de samenwerking met de hulpverlener, dan dient de hulpverlener de relatie op een voor beide partijen zorgvuldige wijze te beëindigen.
  7. Indien een hulpverlener/trainer zich bewust wordt van persoonlijke conflicten of medische problemen van een cliënt/deelnemer, die de bekwaamheid tot het volbrengen van de samenwerking belemmeren, dient de hulpverlener/trainer de samenwerking op een professioneel verantwoorde wijze te beëindigen.
  8. In het aangaan van een samenwerkingsrelatie neemt de hulpverlener de verantwoordelijkheid voor het bewerkstelligen van een passende en (fysiek) veilige werkomgeving. Dit houdt onder meer in, dat hij zorgt voor wat nodig is om de aard en vertrouwelijkheid van de samenwerking te waarborgen.
  9. Iedere hulpverlener is verplicht tot tenminste twee jaar na beëindiging van de hulpverlening een dossier bij te houden. Hierin staan de relevante gegevens, die betrekking hebben op de begeleiding, respectievelijk de samenwerkingsrelatie. De cliënt heeft recht op inzage in dit dossier, met uitzondering van die gegevens, die geen betrekking hebben op de cliënt zelf. Verder heeft niemand, zonder schriftelijke toestemming van de cliënt, recht op inzage in het betreffende dossier.
  10. Iedere hulpverlener/trainer houdt zich aan de afspraken en gedraagt zich overeenkomstig de regels, zoals vastgelegd in deze Ethische Code van OrthoHulp.
  11. Een cliënt/deelnemer kan, indien een hulpverlener/trainer zich niet houdt aan deze Ethische Code, een klacht indienen bij de Klachtencommissie. De procedure voor het indienen en behandelen van een klacht is vastgelegd in de Klachtenprocedure.
  12. Deze Ethische Code is in werking getreden op 1 januari 2015.

* Ecologie is de studie van de relatie tussen de mens en zijn mentale, sociale en fysieke omgeving. Ecologisch werken wil zeggen dat de hulpverlener/trainer ervoor zorgt dat hij een zorgvuldige inschatting maakt van mogelijke negatieve bijverschijnselen voor de rest van de leefwereld van de cliënt/deelnemer, en daarop zijn begeleiding afstemt.