Elviskinderen: in de schaduw van je overleden broertje of zusje

Wanneer je partner overlijdt, word je weduwe of weduwnaar. Als je ouders niet meer leven, ben je wees. Verlies je je kind of een broer of zus aan de dood, dan is daar echter geen woord voor. Aan de ene kant is dat vreemd, want voor hoeveel situaties bestaan nu geen woorden? Aan de andere kant is het ergens wel logisch dat voor iets wat tegen elke natuurwet indruist, geen woord is. Toch voelen wij de drang om wel woorden te geven aan dit soort zware omstandigheden. Om ook hierin het onzegbare zegbaar te maken. Elviskinderen staan in de schaduw van een overleden broertje of zusje.

Door: Ard Nieuwenbroek en Judith Kimenai

Elviskind

We hebben ervoor gekozen kinderen die geboren werden kort na het overlijden van het kind dat direct voor hen kwam, Elviskinderen te noemen. De term ‘Elviskind’ refereert naar de bekende zanger Elvis Aaron Presley.

In de Engelstalige literatuur worden Elviskinderen ook wel replacement children genoemd. Deze term werd geïntroduceerd in 1964, in het artikel On replacing a child (Cain, A., Cain, B.).

Als je replacement child vertaalt naar het Nederlands, krijg je ‘vervangend kind’, ook wel ‘vervangkind’ genoemd. Hoewel deze term af en toe wordt gebruikt in de Nederlandse literatuur, is het zeker nog geen ingesleten begrip

Een Elviskind wordt dus, net als Elvis, geboren na de dood van een broer of zus die direct voor hem kwam in de kinderrij. In de meeste gevallen is het eerdere kind vroeg gestorven:

Soms krijgt het Elviskind dezelfde naam als het overleden kind. Maar ook als het een andere naam krijgt, is de impact vaak groot. Elvis-kinderen dragen hun leven lang een last mee die ze ongevraagd en onbedoeld mee hebben gekregen van hun ouders: ze moeten niet alleen hun eigen leven leven, maar ook dat van hun overleden broer of zus. Die last uit zich meer dan eens in een flinke destructiviteit.

Ouders en hun niet te verwerken rouw

De invloed van de niet-verwerkte rouw op het vervangende kind is groot. Dit kind krijgt onbewust een grote, onmogelijke opdracht mee: het moet datgene geven wat zijn ouders nodig hebben om te kunnen helen in hun rouw. Het is de voorwaarde waaronder het vervangende kind leeft. In sommige gevallen krijgt het dezelfde naam als het overleden kind. De opdracht wordt daarmee nog explicieter gemaakt: leef niet alleen je eigen leven, maar ook dat van je overleden broer.

Als een Elviskind in zijn latere leven zegt: ‘Ik ben mezelf kwijt’, gaat die uitspraak dus nog dieper dan de identiteit laag. De vragen die hieronder schuilgaan, gaan allemaal over zelfvalidatie:

  • Doe ik ertoe?
  • Ben ik van betekenis
  • Ben ik gerechtigd te bestaan?
Begeleiding van Elviskinderen

Als ooit de basisuitspraak van Nagy (healing through meeting) betekenis heeft gehad dan is het wel in de begeleiding van Elviskinderen. De belangrijkste bedoeling van heling is hier: heel maken wat half is of wat zelfs helemaal niet is. Of zoals iemand na afloop van een sessie zei: ‘Ik heb altijd het gevoel gehad maar de helft te zijn en nu ben ik heel’.

Voor al deze ontmoetingen gebruikt de begeleider zijn relationeel-ethische verbeeldingskracht. Vanuit deze relationeel-ethische verbeelding creëert hij situaties waarin de ontmoeting en heling plaats kan vinden. In onze praktijk gebruiken we hierbij vaak de methodiek ‘via de overkant’, zoals beschreven in het boek Twaalf contextuele methodieken.

OrthoHulp organiseert op 30 november 2023 ook een Middagsymposium ‘Elviskinderen’.
Elviskinderen: in de schaduw van je overleden broertje of zusje