Elviskinderen: leerlingen die onzichtbaar in de knel raken

Laten we beginnen met een bijzondere ervaring. Binnen een supervisiegroep op school bracht een begeleider naar voren dat zij maar vast bleef lopen met een leerling. Het ging om een twaalfjarig meisje dat worstelde om in de brugklas overeind te blijven. Ze had last van faalangst en soms van paniekaanvallen. Bovendien voelde ze zich eenzaam in en buiten het klaslokaal. De begeleider had tot dan toe de gebruikelijke begeleidingsmethodieken keurig en geduldig toegepast. Zonder succes. Elviskinderen: leerlingen die onzichtbaar in de knel raken.

Door: Ard Nieuwenbroek en Judith Kimenai

Toen sprak ze over een ommekeer:
“Gisterochtend begon Marieke over thuis. Hoe lief haar papa en mama waren en hoe verdrietig mama eigenlijk altijd was. Ik vroeg haar toen meer over haar gezin van herkomst en we maakten samen haar genogram. Ze is de oudste van twee kinderen en heeft een jonger broertje van tien jaar oud. En hoe het kwam weet ik echt niet, maar ik mompelde iets van: ‘Jullie zijn dus met zijn tweetjes.’ Ze keek me verdrietig aan en zei: ‘Was het maar zo. Twee jaar voordat ik geboren werd, is mijn broertje doodgeboren. Mama wil het daar nooit over hebben, want dat maakt haar nog verdrietiger, zegt ze.’ Dit was het begin van een heel ander accent in mijn begeleiding. Toevallig had ik in een mail net iets gelezen over Elviskinderen. Ik dacht toen nog dat het alleen over volwassenen ging. Dat is natuurlijk onzin. Voor mij zat een snikkend Elviskind van twaalf jaar oud.”

Later in de supervisie hebben we deze begeleider gesteund in de verkenning van mogelijke vervolgstappen, die ongetwijfeld ook met ouders gemaakt zouden worden.

Herkenbare, dramatische voorgeschiedenis

Toen we naderhand in die supervisiegroep verder in gesprek raakten over Elviskind-ervaringen, bleek dat heel veel mensen een dramatische voorgeschiedenis hebben: een broertje of zusje dat (vlak) voor hen werd geboren, overleed. Soms ging het om een stilgeboorte. In andere gevallen overleed het kindje jong aan wiegendood, ziekte of een ongeval.

Hoe komen we aan de naam Elviskind? Dat vraagt om een toelichting. Op 8 januari 1935 zag Elvis Presley het levenslicht. Maar nog voor hij geboren werd, overkwam Elvis een enorm onrecht. Na een zeer zware bevalling werd zijn tweelingbroer Jesse dood geboren; slechts een half uur voordat Elvis zelf ter wereld kwam. Elvis bleef enig kind. Deze existentiële gebeurtenis bleef hem zijn leven lang achtervolgen.

Overigens krijgt niet ieder kind dat voor zijn geboorte een oudere broer of zus verliest, daardoor grote problemen in zijn eigen leven. Als ouders voldoende hebben kunnen en durven rouwen en hun volgende kindje als nieuw individu kunnen zien en ontvangen, kan dat kind zich op een gezonde manier ontwikkelen. Met andere woorden: niet ieder kind dat geboren wordt na het overlijden van een broer of zus, is een Elviskind.

Voor kinderen die wél tot de Elviskinderen behoren, geldt dat er binnen school een grote variatie is in de intensiteit van het destructieve gedrag dat ze laten zien. Bovendien kan die destructiviteit allerlei vormen aannemen. Kortom: geen enkel Elviskind is als leerling hetzelfde.

Begeleiding in school

Zoals we aan het begin al schreven: veel begeleiders in school richten zich met verve en uitsluitend op het veranderen of beïnvloeden van het probleem, zoals een leerling dat aangeeft. Wanneer een leerling klachten heeft als bijvoorbeeld faalangst, somberheid of eenzaamheid, is de verleiding groot de begeleiding op de symptomen te richten. Dat is niet per se verkeerd of verboden. Sterker nog, in sommige gevallen kan het heel helpend zijn.

Toch dweilt een begeleider met de kraan open als hij niet tegelijkertijd op zoek gaat naar de bebronning van het leed. Een bebronningsprobleem is een verstoring op relationeel-ethisch niveau. Het is zaak te onderzoeken wat, naast erfelijke factoren, de bron is van de onbalans in het leven van de leerling.  Zoals bij Elviskinderen, die een leven moeten leiden in de schaduw van hun overleden broertje of zusje

Inspiratie

In het boek Elviskinderen, in de schaduw van je overleden broertje of zusje geven we begeleiders inspiratie om binnen de bebronning tot een ander, constructiever evenwicht te komen. Centraal staan daarbij erkenning en heling.

Begeleiding vanuit de contextuele benadering leidt tot herkenning. Vanuit die herkenning komt de leerling tot inzicht. Het onzegbare wordt zegbaar gemaakt. Bovendien krijgt de leerling tot op het diepste niveau erkenning voor het onrecht dat hem is overkomen met de vroege dood van zijn oudere broertje of zusje. Uiteraard kan deze begeleiding niet plaatsvinden zonder samenwerking met ouders.

Nieuwenbroek, A., Kimenai, J., Elviskinderen, in de schaduw van je overleden broertje of zusje Acco, november 2023 

OrthoHulp organiseert op 30 november 2023 ook een Middagsymposium ‘Elviskinderen’.
Elviskinderen - Internationaal middagsymposium